Ik kan mijzelf niet dichten in het deugdelijke gedicht van deze wereld
Ik wil me niet verheffen met
de daad of goddelijke zegen
Haar naam, haar lichaam,
haar stemgeluid,
haar onmenselijke eerlijkheid
Op zoek naar wonden als naar opgebroken wegen
Woorden worden gewisseld
tussen onbekenden,
om elkaar te overtuigen
van elkanders aanwezigheid
Deze dag was te lang om
te voelen hoe ik heb geleden
Ik heb naar haar gekeken vol bewondering
Ze verloor iets van haar puurheid
Door mijn toedoen
Misschien dat ze de nacht kust
Als ze mij kust,
kan ik naar huis
Blaas de rook in mijn ogen,
ik huil niet
De wind is koud vannacht
En ik wacht, nog steeds
Ze glimlacht met haar kinderlijke eeuwigheid
Haar gedachte van geweld
Haar haar was zwarter dan de nacht
Ik houd afstand, uit liefde
En ze vertrok
Als het kan
Kus me lief.
Laat wat van je horen