Opa kennen we als een vrolijke en hardwerkende man.
Een man die niet stil kon zitten, altijd wat te doen willen hebben.
Jij die altijd zo hard vecht
Jij die altijd zo van het leven geniet
Waarom moest jou dit overkomen zo’n slopende ziekte
Nee, deze ziekte paste niet bij opa zoals bij niemand die past.
Je had nog zoveel plannen voor je nieuwe huisje.
Een schuurtje erbij voor het maken van fietsen, maar dat kwam er helaas niet meer van.
En als het kon waren er zelf een aantal duiven gekomen.
Voor de duiven had je veel over, stipt om vier uur moest je thuis zijn om ze te voeren.
Ja dieren daar hield je van, die kon je vertrouwen zoals je wel eens zei.
En vooral honden, en dan in het speciaal herdershonden.
Maar de katten die het afgelopen jaar achter in de tuin op de veldhofstraat liepen, vond je ook leuk.
Zelfs in het ziekenhuis maakte je druk om die katten.
Als het kon ging je ook altijd kaarten, en dan kregen wij af en toe het kleine geld dat je overhield.
Je was ook een man van muziek, accordeon, keyboard, orgel en mondharmonica dat speelde je.
Dat moeten wij nu allemaal missen
Omdat je er niet meer bent
Een aantal dingen die wij nog herinneren van opa zijn:
• Met de jas aan voor de kachel in de keuken zitten.
• De dag dat we in de winter op vakantie gingen belde hij om 6 uur s’ochtends op om te zeggen dat de oliebollen klaar waren.
• Op het land had hij altijd gladiolen en dahlia’s staan, in de zomer krijg je van ons een bosje gladiolen op je graf.
• Zijn zondagse pak was voor hem gewoon zijn werkkleding.
• Kermissen daar hield je ook van.
Op het laatst van het leven wou je nog alles zelf doen, oma mocht je niet helpen bij drinken uit een glas.
je kon gelukkig ook nog lachen om van alles!
Wij kunnen met zekerheid zeggen dat je een mooi en lang leven hebt gehad
Dus eigenlijk moeten we niet verdrietig zijn
Maar juist blij
Blij omdat je het zo goed hebt gehad
Maar nu moeten jullie weten:
De gené die hier niet meer op aarde zijn
Zijn altijd in ons hart.
Laat wat van je horen