Er is weer eens eentje bezig,
in de steeg onder m’n raam.
Ik zie hem van hier weer net niet staan,
maar kan hem horen.
Na dertien weken trouwe dienst,
vast wederom de klos.
Mijn geliefde stalen ros,
wordt weer Groningse folklore.
Pardoes tegen de muur gezet,
goed mikken, hak omhoog.
Voor het gevoel een keertje droog,
en dan maar rossen.
De standaard is de stander eerst,
en dan weerhoudt je niets.
Mijn authentieke Fongersfiets,
in roze uit te dossen.
Mijn afgesloopte stander,
door mijn Eurolandse slot.
Een paar keer draaien en kapot.
Zo vliegt hij open.
Dus morgen pakken we beide een bus.
Hij om mijn fiets over te spuiten,
en ik sta ook iets eerder buiten,
om naar de halte toe te lopen.
Laat wat van je horen